Groningen – Het afgelopen jaar was in meerdere opzichten een jaar als geen ander. 2011 Kenmerkte zich door een fors aantal ernstige incidenten en andere zware zaken. Als gevolg daarvan zijn er meer opsporingsonderzoeken uitgevoerd dan in voorgaande jaren.
Een van die ernstige incidenten vond in april plaats, in Baflo. Daarbij kwam, naast een jonge vrouw, onze collega Dick Haveman op een gewelddadige manier om het leven. Dicks dood heeft een flinke impact gehad op het korps. Het is vele jaren geleden dat in onze regio een collega door geweld overleed tijdens de dienst. De uitvaart van Dick heeft binnen en buiten het korps indruk gemaakt. Dat heeft er mede toe bijgedragen dat hij enkele weken geleden postuum is voorgedragen voor de titel ‘Groninger van het Jaar’, een mooi en bijzonder eerbetoon. Morgen weten we of hij het is geworden. Ondertussen is het korps bezig met een terugblik op de gebeurtenissen in Baflo op die avond van de 13e april, om daar waar mogelijk lering uit te trekken.
Onderzoeken vragen veel capaciteit
Dat grote aantal opsporingsonderzoeken heeft veel gevraagd van onze capaciteit. Capaciteit die we daardoor minder konden inzetten op andere vlakken. Toch had Regiopolitie Groningen ook in 2011 de focus op een aantal andere terreinen die onze aandacht vragen. Er zijn veel mensuren geïnvesteerd in de bestrijding van zware criminaliteit. Die investering heeft effect gehad: er zijn positieve resultaten behaald, bijvoorbeeld op gebied van overvallen en mensenhandel. Ook op andere terreinen heeft investering geleid tot resultaten. Om er een paar te noemen: het verbeteren van de openbare orde in de binnenstad door gericht teams met een nieuwe werkwijze in te zetten. Het verhogen van het oplossingspercentage van branden in de provincie. En de inzet van social media in opsporingsonderzoeken.
Resultaten 2011
Als we kijken naar de cijfers rond criminaliteit, dan zien we dat het totaal aantal aangiften opnieuw licht is gedaald, van 30.472 vorig jaar naar ongeveer 30.000 dit jaar. Daarbinnen is het aandeel internetaangiften licht gestegen, van 29,2 naar bijna 31 procent.
Ondanks het grotere aantal zware zaken is de hoeveelheid verdachten die in 2011 werd aangeleverd bij het OM in Groningen vrijwel gelijk aan de twee voorgaande jaren. Het aantal inbraken uit woningen nam in 2011 verder toe. Verhoudingsgewijs zien we dat vooral in het noorden en westen van de provincie. Ook het aantal inbraken uit bedrijven en kantoren, winkels en sportcomplexen laat een stijging zien. Ik wil hier overigens niet onvermeld laten dat ons korps ten opzichte van het landelijke beeld al enkele jaren een relatief hoog oplossingspercentage laat zien van rond de 14 procent, waar dat landelijk op 8 procent ligt. Dit lijkt mede het gevolg te zijn van de veelplegeraanpak die wij hanteren.
Bij de mishandelingen en bedreigingen zien we een lichte daling. Ten opzichte van landelijke ontwikkelingen is het aantal geweldsincidenten in Groningen aan de hoge kant. Dit wordt vooral veroorzaakt door de groep 18- tot 28-jarigen, een leeftijdsgroep die in onze regio verhoudingsgewijs oververtegenwoordigd is. Het terugdringen van dit geweld heeft bij ons hoge prioriteit.
Minder overvallen en straatroven
We hebben dit jaar fors geïnvesteerd in het terugdringen van het aantal overvallen. Het aantal overvallen lag dit jaar zo’n 16 procent lager dan vorig jaar. In vergelijking met 2010 zijn in 2011 minder winkels, bedrijven en maaltijdbezorgers overvallen, maar wel iets meer woningen. Veel van deze overvallen op woningen waren drugsgerelateerd, zogeheten ripdeals. Het oplossingspercentage in overvalzaken ligt in Groningen relatief hoog. Op dit moment staat het voor 2011 op 46 procent, maar dat kan nog stijgen omdat sommige zaken nog in onderzoek zijn. Het hoge oplossingspercentage kan deels verklaard worden door de veranderde aanpak. Direct na een overval hebben we herhaaldelijk een zogeheten ringensysteem ingesteld, waarbij we op strategische plaatsen keken of verdachte personen of voertuigen te zien waren. Zo hebben we, ook deze maand nog weer, verdachten op heterdaad kunnen aangehouden. Wat opvalt is dat het aantal overvallen in de stad Groningen daalt, maar in het midden en oosten van de provincie stijgt. Verder neemt het aantal gevallen toe waarin daders dreigen met een vuurwapen.
Ook het aantal straatroven liep flink terug en ligt bijna 22 procent lager dan in 2010. Het oplossingspercentage steeg iets, tot 32 procent. Ook hier geldt dat dit percentage nog kan oplopen omdat een aantal onderzoeken nog loopt. Net als bij de overvallen is ook hier een stijging te zien in het dreigen met een vuurwapen.
Minder hennepkwekerijen opgerold
Het aantal opgerolde hennepplantages en de daar aangetroffen planten en stekjes ligt aanzienlijk lager dan voorgaande jaren. Verreweg de meeste kwekerijen werden ontdekt na een melding van overlast of door eigen waarneming van politiemensen. Het Groningse korps hanteert tot nu toe een incidentele aanpak van hennepkwekerijen.
Er zijn de afgelopen tijd berichten in de media verschenen dat de georganiseerde hennepteelt zich door de strenge aanpak in Brabant verplaatst naar het Noorden. Vooralsnog blijkt dat niet uit onze gegevens, maar we houden de vinger aan de pols. Wel zien we een verschuiving van kwekerijen van de stad naar het platteland, met name aan de Duitse grens. Vooralsnog lijkt een aantal van de opgerolde plantages wel professioneler van opzet te worden, met meer planten. Zo werden dit jaar grote stekjesplantages aangetroffen in Uithuizen (5000 stuks) en Groningen (6520 stuks). Andere grote vangsten waren 47 kilo wiet in een woning in Hoogezand en 10 kilo wiettoppen in een (verhuurde) boerderij in Schildwolde.
Gezamenlijke aanpak mensenhandel
Een onderwerp waar we bovenop zitten is mensenhandel. Als we zien dat er een organisatie achter zit, proberen we die op te rollen. We hebben de laatste tijd vooral geïnvesteerd in de voorkant. In september 2010 hebben we het convenant aanpak mensenhandel met onze ketenpartners ondertekend. Door meer contact en toezicht hebben we nu een beter zicht op prostitutie en mensenhandel. Bovendien hebben we de registratie van informatie verbeterd. Het resultaat van dit alles zien we terug in het aantal signalen dat we binnenkrijgen: dat is ruim twee keer zo groot als vorig jaar. Hoewel hierdoor ook het aantal intakes zo’n dertig procent hoger ligt dan het jaar ervoor, is het aantal aangiften, processen-verbaal en verdachten dit jaar vergelijkbaar met 2010. Sinds de zomer is het Regionaal Uitbuiting- en Interventieteam (RUIT) op sterkte. Certificering van de RUIT-medewerkers volgt in 2012.
Een van de zaken die in 2011 veel capaciteit vroeg betreft een onderzoek naar een Bulgaarse pooier, die naar aanleiding van een Europees aanhoudingsbevel in Bulgarije is opgepakt en nu in ons land in hechtenis zit. De jonge vrouw die hij hier uitbuitte, is inmiddels teruggekeerd naar Bulgarije.
Onderzoeken naar branden leiden tot resultaat
Ook in 2011 zijn er branden geweest in de provincie die nader onderzocht moesten worden. Daarin onderscheidt Groningen zich overigens niet van andere regio’s. De branden concentreerden zich voor een groot deel rond Winschoten en in het noordoosten van de provincie. De onderzoeken naar de branden hebben flink wat capaciteit gevraagd, maar ook resultaten opgeleverd. Na een onderzoek naar zo’n zestig branden werd begin november een groep van achttien jongeren in Winschoten en omgeving aangehouden. In juni werd een brandweerman uit Bedum veroordeeld voor drie autobranden. En twee weken geleden zijn twee verdachten aangehouden op verdenking van betrokkenheid bij 17 branden en 11 inbraken in het noordoosten van de provincie.
Burgerparticipatie groeit
We zijn er ons in de afgelopen jaren steeds meer van bewust geworden dat de inwoners van onze provincie kunnen optreden als extra oren en ogen. Daarom motiveren we ze om met ons mee te denken. De inzet van sociale media is daarvoor bij uitstek geschikt, omdat we zo rechtstreeks en vooral op een snelle en laagdrempelige manier contacten kunnen onderhouden met burgers. We hebben het afgelopen jaar dan ook veelvuldig Burgernet, Twitter, Facebook, YouTube en opsporingswebsites ingezet.
Bijna 25 duizend deelnemers Burgernet
In 2011 steeg het aantal Groningse gemeenten dat participeert in Burgernet van 11 naar 19, volgend jaar komt Zuidhorn daarbij. Alleen Bellingwedde, Grootegast en Vlagtwedde doen nog niet mee. Inmiddels zijn meer dan 24,5 duizend Groningers aangesloten bij Burgernet. In de praktijk wordt Burgernet vooral ingezet bij vermissingen, maar ook voor heterdaadsituaties leent het middel zich. Het oplossingspercentage van zaken waarbij Burgernet is ingezet lag in onze regio op 22 procent. Dat is flink hoger dan het landelijke gemiddelde van 9 procent. Een van de Burgernetacties betrof het ‘pyamajongetje’, dat begin juni van huis was weggelopen. Het 9-jarige jochie met een beperking kon niet duidelijk maken wie hij was of waar hij woonde. Door inzet van Burgernet in combinatie met Twitter wist de politie dat binnen een uur en kon hij met zijn familie worden herenigd.
Twitter: meest actieve korps van Nederland
Van alle politiekorpsen in Nederland is Groningen het meest actief met Twitter. We hebben zo’n 75 Twitteraccounts en hadden begin dit jaar al 30 duizend volgers en ruim 60 duizend verstuurde tweets. Iedere buurt- en jeugdagent krijgt bij ons de mogelijkheid actief te zijn met Twitter.
Leon Veltman, masterstudent aan de Universiteit Twente, deed dit jaar wetenschappelijk onderzoek naar ons Twittergebruik en concludeerde onder meer: “De sociale invulling van Twitter door Regiopolitie Groningen vergroot de bekendheid van wijkagenten onder burgers. Dit (…) stimuleert volgers om sneller contact met de politie of wijkagent op te nemen. Twitter faciliteert de politie bovendien om informatie met burgers te delen.”
Ook Facebook en YouTube benut
Facebook wordt vooralsnog vooral ingezet door onze studentenagenten. Veel studenten zijn actief op dit sociale netwerk en het is dan ook een uitstekend middel om met studenten in contact te komen.
We zetten ook regelmatig bewakingsbeelden op YouTube, maar pas als Justitie akkoord is met het plaatsen ervan. Dit jaar zijn 23 filmpjes op YouTube geplaatst. In minstens zes gevallen konden daardoor verdachten worden aangehouden. Zodra een verdachte is aangehouden, wordt het filmpje verwijderd.
Burger denkt mee in onderzoek
Bijzonder in dit kader is de strategie die we kozen in het onderzoek naar de moord op Nico Leeuwe. Hoewel we nog niet klaar zijn met dit onderzoek, kan ik wel zeggen dat het realiseren van een eigen website met daarin de mogelijkheid om scenario’s in te sturen, veel informatie heeft opgeleverd. We hebben ongeveer 170 scenario’s en tips gekregen. Een groot deel daarvan is teruggeplaatst op de website. De drempel om met de politie in contact te komen hebben we met de site zo goed als weggehaald. Nooit eerder werden burgers in zo’n vroeg stadium betrokken bij een onderzoek naar een misdrijf. Het feit dat mensen actief konden meedenken was helemaal uniek. Wat mij betreft is dit het toppunt van burgerparticipatie.
Beelden getuigen vertoond op tv
Tot slot Opsporing Verzocht. Hoewel we dit tv-programma al jaren gebruiken bij onze opsporingsonderzoeken, blijven we ook daar innoveren. Zo hebben we in het kader van het schietincident in de Papengang beelden getoond van belangrijke getuigen, die zich ook na meerdere oproepen in de media niet hadden gemeld. Dat lijkt een zwaar middel, maar Justitie oordeelde dat de zwaarte van het incident het tonen van de beelden rechtvaardigde. Na de uitzending meldden bijna alle getuigen zich.
Minder verkeersboetes, meer gerichte verkeersacties
In 2011 werden opnieuw minder verkeersovertredingen beboet. Er werden ongeveer 30.500 boetes minder uitgeschreven dan het jaar ervoor, een daling van zo’n tien procent. Onze focus richt zich meer op informatiegerichte controles en blackspots, wegen waar veel ongevallen gebeuren. Kortom: kwaliteit boven kwantiteit.
Op dit moment ligt het aantal verkeersdoden in de provincie voor dit jaar op 23, en we verwachten dat het niet hoger uitkomt dan de 25 van vorig jaar. Het aantal ziekenhuisgewonden door verkeersongelukken daalt naar verwachting tot rond de 467.Via gerichte projecten met voorlichting en handhaving willen de verkeersveiligheid vergroten en de overlast aanpakken. Een voorbeeld daarvan zijn de ‘petje-petje’-controleacties, gericht op jonge bestuurders van sportieve auto’s die overlast veroorzaken en voor onveilige situaties zorgen. Ook andere doelgroepen – alcomobilisten, bestelverkeer, taxibusjes en verkeershufters – zijn gericht gecontroleerd en voorgelicht. Een ander project dat dit jaar speelde is gericht op het verbeteren van de subjectieve verkeersveiligheid in het Zuidelijk Westerkwartier. In het eerder deze maand gestarte project ‘A7 Veilig’ werken de politiekorpsen en de provincies Groningen en Fryslân, het KLPD, Rijkswaterstaat en het OM samen aan het verbeteren van de verkeersveiligheid en de doorstroming op de A7, van Afsluitdijk tot de Duitse grens. Van de 115 uur die de politie in de komende twee jaar wekelijks inzet op handhaving op de A7 neemt ons korps 45 uur voor zijn rekening.
Verkeerstoezicht kan ook bijdragen aan het bestrijden van criminaliteit. Zo controleren we in het kader van mobiel banditisme op en bij snelwegen voertuigen van mensen uit landen waarvan bekend is dat zij vaker bij inbraken betrokken zijn, aan de kant te zetten en te doorzoeken. Dit jaar is dat nog incidenteel gedaan op de A7 en de A28. We gaan steeds meer toe naar een geïntegreerde aanpak om zo de pakkans voor mobiele bandieten te vergroten.
Openbare Orde Teams voor binnenstad Groningen
We hebben ons ten doel gesteld het geweld in het horecagebied in de stad Groningen aan te pakken en het veiligheidsgevoel er te vergroten. Om dat te bereiken, werken we sinds begin oktober met zogeheten Openbare Orde Teams, kortweg OOT’s. De ontstaansgeschiedenis is een mooi voorbeeld van wat bij ons ‘De professional op het voetstuk’ heet. De aanpak volgens ‘Arnhems model’ is geïnitieerd door agenten die op straat werken en de dagelijkse praktijk in de nachtelijke binnenstad als geen ander kennen. We hebben bij onze collega’s in Arnhem gekeken hoe hun aanpak werkt en hoe ze de training van hun teams hebben opgezet. Uiteindelijk hebben we eind september, begin oktober twee trainingen van een week georganiseerd voor in totaal bijna 90 politiemensen – inclusief vijf collega’s uit Arnhem en tien marechaussees. Deze training is met medewerking van Defensie op de kazerne en het oefenterrein in de Marnewaard gegeven. Om de eindoefeningen zo realistisch mogelijk te laten zijn, vonden deze op vrijdagavonden plaats in de binnenstad van Groningen.
We werken nu met vier vaste teams die eenduidig en volgens een vaste werkwijze optreden, en die vaste leidinggevenden hebben. De aanpak bleek meteen effect te hebben: In de twaalf weken dat het OOT nu operationeel is, zijn er nog geen incidenten gemeld waarbij politiemensen gewond zijn geraakt in het horecagebied, daar waar het daarvoor bijna wekelijks raak was. Ook de eerste reacties van het uitgaanspubliek zijn positief.
Geweld tegen politiemensen gedaald
Sinds enige tijd slaan de hulpverleningsdiensten en andere partners de handen ineen bij de bestrijding van geweld tegen medewerkers met een publieke taak. Het project Veilige Publieke Taak (VPT) leidt steeds meer tot een structurele en geïntegreerde aanpak. Dit jaar werd de samenwerking tussen de partners verbeterd. Naast politie betreft het hier het OM, de regionale brandweer, Ambulancezorg Groningen, UMCG, Dienst SoZaWe van de Gemeente Groningen en vervoerbedrijf Qbuzz. Het
OM heeft een officier aangewezen voor VPT-zaken en houdt elke maand een themazitting met VPT-zaken. Onze indruk is dat VPT-zaken zoals afgesproken inderdaad zwaarder bestraft worden dan andere geweldszaken. In 2011 werd tot afgelopen week 130 keer geweld gebruikt tegen politiemedewerkers. Dat is nog steeds veel te vaak, maar gelukkig wel 25 keer minder dan vorig jaar. Wij moedigen onze mensen aan aangifte te doen van geweld en waar mogelijk schadeclaims in te dienen. Een zaak die in 2011 veel aandacht kreeg was de toekenning van (een deel van) een schadeclaim door een hondengeleider die zich genoodzaakt zag zijn vuurwapen te gebruiken. Ook in een aantal andere gevallen zagen collega’s zich gedwongen hun vuurwapen te gebruiken in een bedreigende situatie, bijvoorbeeld bij een achtervolging in Veendam en in Finsterwolde, waar een collega werd bedreigd met een pijl en boog.
Thuiscontroles vuurwapenvergunningen
We zijn natuurlijk niet de enige regio waar ernstige incidenten hebben plaatsgevonden. Uit gebeurtenissen elders in het land proberen wij ook lering te trekken. Landelijk was er veel aandacht voor de schietpartij in een winkelcentrum in Alphen aan den Rijn en de daarop volgende discussie over de verstrekking en controle van vuurwapenvergunningen. Ook ons korps hield die nogmaals tegen het licht. We konden concluderen dat we de procedures al goed op orde hadden. Sinds 2008 hanteren we een streefpercentage van 100 procent bij thuiscontroles, en Groningen is een van de weinige korpsen die daar ook heel dicht bij in de buurt komt. Bij die thuisbezoeken worden de opslag van wapens, munitie en kluizen gecontroleerd, maar onze mensen krijgen zo ook een breder persoonlijk beeld en een indruk van de leefomgeving, die mee kunnen spelen bij de beslissing omtrent de vergunning. Naar aanleiding van het doorlichten van de procedures hebben we nog wel verbeteringen aangebracht in de uitwisseling van informatie binnen de politie. Denk daarbij aan een maandelijkse screening of de vergunninghouder in contact is geweest met de politie en het nadrukkelijker delen van informatie met buurtagenten.
In 2011 zijn tot en met november 143 vuurwapens in beslag genomen. Daarvan zijn 34 ingenomen als gevolg van het niet voldoen aan vergunningsvoorwaarden en 109 in het kader van strafrechtelijk onderzoek. Overigens zijn die 109 lang niet allemaal vuurwapens, maar ook op vuurwapens gelijkende voorwerpen als balletjespistolen, alarmpistolen en gaspistolen.
Jaarwisseling
De jaarwisseling staat weer voor de deur, traditioneel een drukke periode voor de politie. Ons uitgangspunt daarbij is: het moet een leuk, maar ook een veilig feest worden. Onder het motto: ‘Denk na bij wat je doet – Verknal je toekomst niet!’ werken we dit jaar voor het eerst met een kaartenactie gericht op jeugdige raddraaiers. Raddraaiers die vorig jaar bekend waren krijgen daarbij een kaart thuisgestuurd met een brief aan de ouders of verzorgers. De rest van de kaarten is de afgelopen weken door buurt- en jeugdagenten uitgedeeld aan overlastgevende jeugd. We hopen ze op deze manier bewust te maken van de mogelijke gevolgen van hun acties.
Een jaarlijks terugkerend punt van zorg is de handel in illegaal vuurwerk. Sinds 12 december is in onze regio weer een vuurwerkteam actief, dat tot gisteren betrokken was bij 32 invallen bij potentiële handelaren. Dat heeft in 22 gevallen geleid tot inbeslagname van illegaal vuurwerk, in totaal zo’n 2000 kilo.
Begin deze week waren al 64 jongeren opgepakt voor het vroegtijdig afsteken van vuurwerk. Dat zijn er twee keer zoveel als vorig jaar. Ze zijn doorverwezen naar Bureau Halt voor een straf.
2012 in teken Nationale Politie
Verder staat 2012 natuurlijk in het teken van de stap naar de Nationale Politie. De voorbereidingen kosten weliswaar het nodige van onze capaciteit, maar we zorgen ervoor dat het werk op straat er in ieder geval niet onder lijdt. Met andere woorden: het wordt een flinke verbouwing, maar de winkel blijft open!
Een mooi voorbeeld van hoe we in de drie noordelijke provincies al samenwerken – niet alleen als politie, maar ook met brandweer en ambulanceposten – is de ingebruikname van de gezamenlijke Meldkamer Noord-Nederland in Drachten vorige maand. De meldkamer is een belangrijke schakel in de dienstverlening naar burgers. Het lijkt zo vanzelfsprekend, maar als een burger in nood zit zijn we er bijna altijd binnen de voor ‘prio-1 meldingen’ gestelde tijd van 15 minuten. Die norm wordt in meer dan 90 procent van de gevallen gehaald en komt ook dit jaar uit rond de 91,5 procent. Daarmee presteert ons korps al jaren als een van de beste op gebied van aanrijtijden in de noodhulp.
Binnen de drie Noordelijke korpsen zijn nog tal van andere voorbeelden van samenwerking, die ik hier niet allemaal zal benoemen. Wat dat betreft hebben we in het Noorden een voortrekkersrol. Ik ben er dan ook van overtuigd dat de kennis en ervaring die we de afgelopen vijf jaar hebben opgedaan bij de realisatie van het Shared Services Centre Noord ons zeker gaat helpen bij de stap naar de Regionale Eenheid Noord-Nederland binnen de Nationale Politie.
Foto – Archief Persbureau Meter