Den Haag – De extra huurhoging van maximaal 5 procent bovenop de inflatie voor huishoudens met een inkomen boven 43.000 euro kan niet op de voorziene datum van 1 juli 2012 worden toegepast, maar op een later moment. Na instemming van de Eerste Kamer met het wetsvoorstel dat de verhoging regelt en de invoering daarvan, kan de verhuurder bij de Belastingdienst een nieuwe inkomensverklaring aanvragen en die bij een voorstel voor de extra huurverhoging doen. Dat schrijft minister Spies van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vandaag aan de Eerste en Tweede Kamer.
Aanleiding voor de brief is de recente uitspraak in kort geding waarin de rechter bepaalde dat de Belastingdienst geen inkomensverklaringen aan verhuurders mag geven voordat de wet van kracht is. De inmiddels verstrekte verklaringen zijn daarmee ongeldig. Praktisch gevolg is dat verhuurders niet per 1 juli de extra huurverhoging van maximaal 5 procent kunnen toepassen omdat zij voorstellen daartoe altijd minstens twee maanden van te voren schriftelijk moeten indienen bij de huurder.
Gelet op de wettelijke bepaling dat de huurprijs slechts eenmaal per twaalf maanden verhoogd mag worden, hebben verhuurders nu twee mogelijkheden. In de eerste optie geldt per 1 juli alleen de reguliere huurverhoging met de inflatie, waarna de verhoging met maximaal
5 procent extra voor de hogere huishoudinkomens per 1 juli 2013 mogelijk is. Een andere optie is dat verhuurders per 1 juli alle huurverhogingen aanhouden en na de wetswijziging een inkomensverklaring aanvragen. Afhankelijk van het inkomen geldt dan de reguliere verhoging of ook de extra verhoging.
Het kabinet wil met het wetsvoorstel voor de extra huurverhoging de doorstroming bevorderen zodat er meer sociale huurwoningen beschikbaar komen voor lagere inkomensgroepen. Verhuurders bepalen zelf of ze gebruik maken van de nieuwe mogelijkheid die ook het scheefwonen ontmoedigt. Het wetsvoorstel waarmee de Tweede Kamer vorige week instemde, ligt nu ter behandeling in de Eerste Kamer.
Foto – Archief persbureau meter