Den Haag – Uitgeprocedeerde asielzoekers en andere vreemdelingen, die niet in Nederland mogen blijven, moeten terug naar het land van herkomst. Het liefst zelfstandig. Als mensen weigeren zelfstandig te vertrekken, dan volgt gedwongen vertrek. Dat is de consequentie van het vreemdelingenbeleid. Terugkeer van degenen die hier niet meer mogen zijn is essentieel voor het draagvlak voor, en geloofwaardigheid van het toelatingsbeleid. De ministerraad heeft op voorstel van minister Leers voor Immigratie en Asiel ingestemd met toezending aan de Tweede Kamer van een brief over het terugkeerbeleid.
Nederland vangt migranten op die asiel aanvragen. Met gestroomlijnde toelatingsprocedures wordt gestreefd om betrokkenen zo snel mogelijkheid duidelijkheid te geven of zij mogen blijven of moeten vertrekken. Na toelating, kunnen zij snel gaan integreren. Bij afwijzing, moeten zij Nederland daadwerkelijk verlaten. Bij de terugkeer hanteert het kabinet de ‘van drang naar dwang’-aanpak, waarbij een aantal nieuwe instrumenten wordt geïntroduceerd. Zelfstandig vertrek is volgens het kabinet niet vrijblijvend. Pakt de vreemdeling deze kans niet, dan volgt gedwongen vertrek. Migranten die geen recht meer hebben op verblijf of illegaal worden aangetroffen krijgen een terugkeerbesluit.
Er zal nadrukkelijk worden ingezet op terugkeer van gezinnen met minderjarige kinderen naar het land van herkomst, waarbij de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) betrokken wordt. Voor gezinnen met minderjarige kinderen die nog niet zijn vertrokken, wordt de opvang versoberd. Tijdens deze opvang zal de Dienst Terugkeer en vertrek (DT&V) intensief blijven werken aan vertrek.
Om te zorgen dat uitgeprocedeerde asielzoekers en andere vreemdelingen daadwerkelijk naar het land van herkomst terugkeren, neemt het kabinet een aantal nieuwe maatregelen.
● Terugkeerbesluit. Migranten die geen recht meer hebben op verblijf of illegaal worden aangetroffen krijgen een terugkeerbesluit. Zij moeten tussen 0 tot 28 dagen terug naar hun land van herkomst. Wie niet binnen de daarin gestelde termijn vertrekt, krijgt een inreisverbod voor de hele EU. Als iemand toch is Nederland is, ondanks dit inreisverbod, dan is hij strafbaar. Bij overtreding daarvan mag betrokkene gedurende maximaal vijf jaar het Schengengebied niet inreizen.
● Reisdocumenten in bewaring. Voor terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers en illegale vreemdelingen zijn reisdocumenten nodig. In de praktijk blijken vreemdelingen als terugkeer aan de orde is, die documenten niet meer te bezitten, terwijl zij er wel mee naar Nederland zijn gereisd. In de toekomst gaat de overheid de originele documenten gedurende de toelatingsprocedure en het terugkeerproces in bewaring houden met het oog op (eventuele) terugkeer.
● Voorwaarden stellen. Gedwongen vertrek kan alleen plaatsvinden als ook de landen van herkomst meewerken aan het afgeven van reispapieren en het terugnemen van de onderdanen. Het kabinet streeft daarom naar een meer strategische benadering van de herkomstlanden, waarbij terugkeer onderdeel is van het buitenlands beleid. Mocht een land niet meewerken aan het terugnemen van haar burgers, dan kan dat gevolgen hebben voor de bilaterale samenwerking, waaronder de eventuele ontwikkelingssamenwerking voor zover die via de overheid loopt. Nederland gaat zich ervoor inzetten dat de EU ook deze voorwaarden gaat stellen.
● Zelfstandig vertrek stimuleren. Er komt een nieuwe regeling voor projecten van de IOM en non-gouvernementele organisaties, die duurzame terugkeer bevorderen. De ondersteuning kan bestaan uit een beperkte hulp, scholing of steun bij het opzetten van een eigen bedrijfje in het land van herkomst.
● DT&V ook verantwoordelijk voor terugkeer niet-asielzoekers. Ook niet- asielzoekers, migranten die een afwijzing voor een reguliere aanvraag zoals voor studie, arbeid of gezinsvorming of –hereniging hebben gekregen zullen, anders dan voorheen, aan de DT&V worden overgedragen. Zo wil het kabinet ook de terugkeer van deze groep stimuleren.
● Kosten verhalen. Het kabinet gaat onderzoeken of het mogelijk is de kosten die de overheid maakt voor de terugkeer, te verhalen op de vreemdeling. Bij terugkeer van mensen die hier kwamen voor werk, studie of gezinshereniging wordt ook bekeken of de referent van de migrant daarin kan worden betrokken. Het gaat dan om de kosten van terugreis, transport en identiteitsbewijzen.
Om tot een slagvaardiger terugkeerbeleid te komen, is de aanpak van illegale en criminele vreemdelingen tot één van de prioriteiten van de Nederlandse politie benoemd voor 2011 tot en met 2014. Het vreemdelingentoezicht wordt een korpsbrede taak, de vreemdelingenpolitie geeft prioriteit aan illegale vreemdelingen die overlast veroorzaken en/of crimineel zijn en aan kwetsbare groepen zoals slachtoffers van mensenhandel.