Den Haag – Recent, vier jaar nadat het Arnhemse Hof hem veroordeelde tot twintig jaar cel en tbs, werd Pascal F. weer groot nieuws. De rechter verplichtte hem “meerdere tonnen” schadevergoeding te betalen aan de moeder van Nadia van de Ven, de informaticastudente die hij in 2002 in koelen bloede liquideerde. ‘Dat vonnis doet mij deugd,’ erkent Elisabeth Julsing-Nijenhuis, de advocaat-generaal die destijds levenslang eiste tegen F. ‘Deze dappere vrouw verdient dat.’ In alle openheid blikt de aanklager terug op een drama dat ook haar adem deed stokken…
In de lente van 2005 staat de dan 31-jarige Pascal F. uit Utrecht in hoger beroep terecht voor een dubbele moord. De rechtbank heeft hem een levenslange gevangenisstraf opgelegd wegens het “beestachtig liquideren” van de 31-jarige verzekeringsagent Anton Bussing – in november 1995 – in Ede en de 25-jarige Nadia van de Ven – begin oktober 2002 – in Utrecht, maar de man houdt vol onschuldig te zijn. Hij zou part noch deel hebben aan wat de volksmond inmiddels “de Uzimoorden” is gaan noemen, een case die golven van publiciteit veroorzaakt.
Tijdens de laatste zittingsdagen van het gerechtshof in Arnhem is er opnieuw veel media-aandacht. Die focust zich met name op openbare aanklager Elisabeth Julsing-Nijenhuis. Niet alleen omdat de advocaat-generaal bij het ressortsparket Arnhem opnieuw levenslang eist tegen Pascal F., maar ook doordat ze het emotioneel moeilijk heeft. Tijdens het voorlezen van de slachtofferverklaringen van Nadia’s moeder Minke en jongere zus Lucinda – beide in de vorm van een brief aan hun dierbare – breekt AG Julsing-Nijenhuis.
Aanklager in tranen! roepen diversemedia. Slachtofferverklaring ‘De zaak-Pascal F. staat in mijn geheugen gegrift,’ verklaart de 53-jarige magistraat in een terugblik op de geruchtmakende moordzaak. ‘In de eerste plaats door de gruwelijkheid van de feiten – een gestoorde man executeert zomaar, plots, pardoes, met een uzi-pistoolmitrailleur twee argeloze mensen – en het immense verdriet van de nabestaanden. Maar daarbij telt dat incident natuurlijk zwaar mee… Hevige emoties, die je dan ook als aanklager blijkbaar
niet volledig onder controle hebt. Overigens was er van in tranen uitbarsten geen sprake. Dat beeld moet eerlijk gezegd wel genuanceerd worden. Niet omdat ik me schaam voor dat zwakke moment, maar ik heb toch ook geen zin in het stempel af en toe een soort jankorgel te zijn.’
Een milde dag in juli 2009. Ruimhartig heeft Elisabeth Julsing-Nijenhuis, ondanks haar eivolle agenda, in haar Arnhemse kantoor uren gereserveerd voor een interview over de brute dubbele moord.
‘Een tragedie die hoort in het rijtje zaken waaraan je op je vijfenzestigste, als je gaat rusten, onvermijdelijk terugdenkt,’ heeft zij kort daarvoor over de levensdelicten gezegd. Openhartig analyseert zij, met een aangenaam timbre, de feiten uit de lijvige dossiers van de strafzaak. En detail. Ze begint met “haar moment van uitglijden”. ‘Er was nog geen vast protocol voor het voorlezen van slachtofferverklaringen. ’t Was heel nieuw. Slachtoffers of nabestaanden doen dat zelf of laten het – al dan niet in de vorm van een samenvatting – over aan de magistratuur. Omdat de Hofpresident er in de zaak-Pascal F. van afzag, las ik de verklaringen van Nadia’s moeder en zus voor. Zeer aangrijpend gaven zij het peilloze verdriet weer – iedereen in de zaal próefde het – dat zij voelden over de wrede dood van hun
kind/zusje. Dat verdriet voelde ik ineens bij me binnenkomen… Dacht ik terug aan de moeder, die me had beschreven hoe zácht de kapotgeschoten schedel van Nadia had aangevoeld? Aan dat moment in een schietkelder, waarin mij en parketsecretaris Tim Wassink werd gedemonstreerd hoe je een slachtoffer in bedwang houdt en toch een uzi kunt gebruiken?’
‘Nee, er waren geen tranen. Voordat die opwelden, vroeg ik schorsing aan. Op de gang heb ik een adempauze genomen, water gedronken en daarna Minke en Lucinda gevraagd wat ze wilden. Zij gaven aan dat het grootste deel was voorgelezen en dat ik voor hen niet verder hoefde. De president heeft toen hun verhalen afgemaakt.’
Twee executies
‘Het is maar goed dat je ook als magistraat soms zwaar wordt getroffen door woorden van slachtoffers/achterblijvers. Die kunnen ook extra diepte geven aan een case. Maar je moet dat zo goed en waardig mogelijk hanteren. Reacties, details kunnen je overvállen, maar je hoort dat in de rechtszaal te kunnen verbergen. Hevige emoties mogen bij de magistraat niet zichtbaar zijn, vind ik. Zakelijkheid is nummer een, menselijkheid een onderliggend iets. Als professional heb ik daarna vol overtuiging gerequireerd.
Het arrest van het Hof viel anders uit dan ik had gehoopt. Op 11 mei 2005 werd een levenslang van F. voor de moord op Nadia omgezet in twintig jaar plus tbs met dwangverpleging en van de executie van Bussing werd hij vrijgesproken. Die strafomzetting lag dus voor de hand, omdat iemand zelden levenslang krijgt voor één moord. Met de beslissing van het Hof over de vrijspraak in de Edese zaak kon ik vrede hebben. We hadden ingecalculeerd dat deze “lastig” zou worden…
Bergen (knap vergaard) technisch bewijs hadden de twee zware delicten feilloos aan elkaar gekoppeld. Met dezelfde uzi – nooit gevonden trouwens – en dezelfde munitie waren Nadia en Anton omgebracht, maar het Hof achtte niet onomstotelijk bewezen dat een en dezelfde persoon in 1995 en in 2002 dat moordwapen ook had gehanteerd.’
‘Een koud, heel koud persoon, die F. Superegoïstisch, materialistisch, echt iemand waarvan een onderhuidse dreiging uitgaat,’ zo omschrijft AG Julsing-Nijenhuis de veroordeelde dader. ‘Dat maakte dat ik echt achter mijn eis van levenslang stond. En nog sta. Een gewetenloze killer – financial controller bij een bank, red. – die zomaar twee mensen standrechtelijk executeert. Deze wapenfreak worstelde met agressieneigingen, een alcoholprobleem, een vorm van autisme en met ultrarechtse ideeën, dus wat doet ie dan maar? Als (mede) huisbaas en bewoner van een statig pand aan de Utrechtse Weerdsingel slacht hij een kritische, maar uiterst beschaafde huurster van hem – Nadia – af, steelt haar auto en vlucht, met hulp van zijn ouders, naar Polen. Pas vier maanden later kan hij in Holland worden opgepakt. Hier kan hij vervolgens door uitmuntend werk van rechercheurs en forensische specialisten naadloos worden gekoppeld aan een tweede zinloze moord, zeven jaar eerder.
En… hoe stelt zo iemand zich in tal van rechtszittingen dan op? Nimmer spreekt hij ook maar één woord van medeleven uit richting nabestaanden van zijn slachtoffers. Nog steeds moeilijk te verteren voor mij…’
Levenslang
Zo’n zestien jaar geleden kwam Elisabeth Julsing-Nijenhuis als talentvolle, innemende persoonlijkheid, binnen bij het OM. Tot 1992 had zij als docente aan de Katholieke Hogeschool Tilburg gewerkt en als strafjurist en plaatsvervangend directeur van een bijzondere opsporingsdienst bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zij startte haar carrière als officier van justitie bij het parket Utrecht en bekleedde die functie daarna nog in Den Haag en Zwolle. Zes jaar geleden promoveerde zij tot AG bij het ressortsparket
Arnhem, aanvankelijk nog als waarnemend. In al die jaren bouwde ze de reputatie van bevlogen OM’er op. ‘Dan weer was zij de tough woman, dan weer een echt, warm mens,’ aldus opsporingsmensen in Utrecht en Zwolle.
De aanklager over haar werk: ‘Ja, ’t is een zwaar beroep. Dat hoor je vooral van mensen die dichtbij je staan. Zelf vind ik dat niet… Ik kan geen beroep bedenken dat me zoveel plezier en voldoening verschaft als deze baan. De diepte ervan, die verschillende boeiende
facetten eraan…’
Vier keer in haar loopbaan heeft zij levenslang tegen een verdachte geëist. ‘Tegen een Iraniër die zijn vrouw en dochter met erg veel messteken had omgebracht (vonnis: achttien jaar en tbs) en tegen de Duitser die een politieman in Enschede vermoordde (vonnis: twintig jaar). En na de zaak Pascal F. eiste ik ook voor Rudolf K., de Beul van Twente, levenslange opsluiting. Zo luidde ook het arrest. In eerste aanleg van deze zaak, waarbij ik als contact-AG al was betrokken, waren eis en vonnis eveneens levenslang. Deze moordenaar/dierenbeul valt voor mij in de categorie daders van wie je hoopt dat ze nooit gratie zullen krijgen. Voor mij hoort ook Pascal F. in die groep thuis.’
Over de heftigste case van haar loopbaan hoeft de AG geen twee seconden na te denken. Julsing-Nijenhuis, ernstig: ‘Petra, het Biafraantje, noemden we het slachtoffer. Als baby was zij in een pleeggezin opgenomen, maar daarin tientallen jaren verwaarloosd. En als een Assepoestertje gebruikt. De hondjes in het gezin lagen comfortabel bij de pleegouders in bed, maar Lisa lag aan de ketting in een bijkeuken, met een emmer naast zich. Ze leefde op havermout en water… Op haar drieëntwintigste trof een wijkagent het meisje in
die ruimte aan. Uitgemergeld en met een lichaamstemperatuur van 24 graden… Ik ben zó blij dat het goed is gekomen met haar.’
De AG associeert deze trieste casus blijkbaar met haar “zwakke moment in de rechtszaal”, want ongevraagd zegt ze nog: ‘Dat incident heeft bij ons allemaal wat losgemaakt. Hoe moeten we dit soort heftige zaken aanpakken? was de hamvraag. De SSR geeft trainingen op het vlak van slachtoffergesprekken en je kunt als de nood hoog is altijd een professionele hulpverlener bellen, maar in de eerste en tweede lijn van ons werk wordt er weinig aan nazorg gedaan. Stuit je op schokkende dingen dan moet je die eerst zelf zien te structureren en verwerken… Door af en toe je beperkingen te tonen, kan het trouwens allemaal ook inhoudsvoller worden. Je leert ervan, kunt bijvoorbeeld nieuwe strategieën ontwikkelen voor zwaar emotionele slechtnieuwsgesprekken en rechtszittingen.’
Civiele procedure
In de week van het interview beslist de rechtbank in Arnhem dat Pascal F. minstens enkele tonnen moet gaan betalen aan Nadia’s moeder. Minke van de Ven heeft door een posttraumatische stressstoornis als huisarts jarenlang niet of nauwelijks kunnen werken en krijgt nu naast een ongewoon groot bedrag aan shockschade nog tienduizend euro smartengeld.
De spontane reactie van advocaat-generaal Julsing-Nijenhuis: ‘Deze uitspraak is een doorbraak in Nederland. De ontroostbare moeder van Nadia heeft dit verdiend. Dapper is zij blijven vechten voor haar rechten en de civiele procedure, waarvan ze mij op de hoogte hield, is nu gewonnen. De uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad. F. móet betalen. Eindelijk. Ook als hij in beroep gaat.’
Foto – Archief persbureau Meter