Den Haag De Tweede Kamer heeft eind 2008 aandacht gevraagd voor de capaciteit en financiering van de forensische opsporing. Naar aanleiding daarvan is het ministerie van Veiligheid en Justitie een proef gestart om vast te stellen of marktpartijen een rol kunnen spelen bij de vergroting van het aanbod voor forensisch onderzoek. Voor de proef is tot eind 2011 3,5 miljoen euro beschikbaar.
De kennis en ervaring die de proef oplevert worden in een begeleidend onderzoek geëvalueerd. Het evaluatierapport wordt begin 2012 verwacht. Daarna beslist de minister van Veiligheid en Justitie over een eventuele structurele inschakeling van marktpartijen voor forensisch onderzoek. De Tweede Kamer wordt hierover vóór de zomer van 2012 geïnformeerd.
Voor de periode tussen het einde van de proef in december 2011 en het standpunt van de minister van Veiligheid en Justitie, treft de minister een tijdelijke regeling. Deze regeling houdt in dat hij voor de eerste helft van 2012 nog eens 500.000 euro reserveert voor de voortgezette inschakeling van marktpartijen voor forensisch onderzoek.
Een beroep op de markt voor forensisch onderzoek is ook in 2012 mogelijk als het onderzoek voldoet aan één van de onderstaande criteria:
er is extra snelheid gewenst;
er is expertise nodig waarover het NFI niet beschikt;
het NFI heeft onvoldoende capaciteit om het onderzoek uit te voeren;
er moet contra-expertise worden aangevraagd.
De Landelijke Toetsingscommissie onder leiding van het OM beoordeelt de onderzoeksaanvragen en kent het geld toe.
Foto Archief Persbureau Meter